Soefisme en Islam
Men heeft van Islam een ideologie gemaakt, een enggeestige godsdienst, iets heel beperkts. De meeste mensen verwarren zelfs Islam met Arabië en denken dat dat op hetzelfde neerkomt: twee derden van de moslims zijn echter geen Arabier! Men kan toch niet stellen dat Europeanen, Pakistanen, Indonesiërs, Turken, Iraniërs en moslims uit Zwart-Afrika Arabieren zijn! Maar de moslims hebben Arabische, Berberse, Oosterse, Aziatische of Afrikaanse gewoonten overgenomen die bij de aanvang niet islamitisch waren. Islam staat mijlenver van al die gewoonten.
Na de komst van de Profeet (v.z.m.h.) heeft Islam zich verspreid over verschillende landen en kwam zo in contact met diverse inheemse gebruiken. Die wederzijdse beïnvloeding heeft geleidelijk aan een vermenging doen ontstaan tussen enerzijds de islamitische boodschap en anderzijds de voordien bestaande voorouderlijke gebruiken. Heden ten dage is er nog steeds, uit onwetendheid, verwarring tussen Islam en een aantal gebruiken, tussen de cultus en het culturele, tussen vorm en inhoud. Meestal wordt in moslimlanden eerder beslist en uitgevoerd op grond van gebruiken, dan in het licht van de eigenlijke islamitische richtlijnen. De hoofddoek of de sluier bijvoorbeeld: moslim-zijn wordt niet bepaald door de ‘klederdracht’! De Profeet (v.z.m.h.) vatte het zo gebald samen: «God kijkt niet naar je uiterlijk noch naar je daden, maar Hij kijkt naar jullie harten (jullie bedoeling).» De basis van Islam blijft altijd de bedoeling en de vrede van het hart. Het gezegde ‘Schijn bedriegt’ is even waar voor de moslim, en des te meer voor de soefi die niet alleen Islam naar de letter beleeft, maar vooral naar de geest.
Islam is een goddelijke openbaring, in wezen eeuwig en zonder vooroordelen, die de mens ertoe aanspoort om al zijn vermogens en de hele rijkdom van zijn bezieling te ontdekken. Zo vaak echter en met zoveel hardnekkigheid beperkt de mens zich tot z'n onmiddellijke uiterlijke omgeving en wenst zelfs niet in voeling te komen met z'n ware innerlijke kracht. Hij wil niet beseffen dat hij alleen maar leeft als een getuige en een overstijger van dat blijvende wonder dat het leven is. We mogen dus zeggen dat Islam een verhelderende boodschap is die de mens tot rust brengt, dichter bij zichzelf en z'n soortgenoten, en hem aanzet om een weg van heil, goedheid en naastenliefde te beleven. Wij hebben de Koran in een computerprogramma verwerkt om de talrijke verzen te kunnen vaststellen waarin God, die over de gelovige spreekt, deze eraan herinnert dat men enkel gelovig kan zijn als men het goede voorheeft en daarnaar handelt. Begaat men kwaad, dan betekent dit dat het geloof er nog niet echt is, dat men blind is of nog niet rijp.
Bovendien mogen we stellen dat er enerzijds moslims zijn, en dat er anderzijds Islam is. Moslim zijn betekent niet meteen ‘gelovig’ zijn; het betekent ‘geloven in Islam’. We kunnen moslim zijn door geboorte, omdat onze ouders moslim waren, en zonder onszelf ooit echt de vraag te hebben gesteld: « Waarom ben ik moslim? » Islam daarentegen vraagt dat elk wezen, persoonlijk en vrijwillig, die boodschap onderschrijft en werkelijk beleeft. De meeste personen beleven die boodschap echter niet, want er is een groot verschil tussen dat waarvoor men kiest en dat wat men ondergaat.
Om de goddelijke boodschap te beleven, moet de mens begrijpen dat hij een grote inspanning moet leveren, sommige dingen zal moeten doen en andere laten. In Islam kan de mens geen rechten hebben zonder plichten want beide zijn onafscheidelijk met elkaar verbonden. De mens van vandaag houdt echter niet van verplichtingen, van verantwoordelijkheden. Hij heeft graag alles meteen en zonder inspanning.
Het is inderdaad zo dat de moslims - zoals anderen - vandaag voor een religieuze identiteitscrisis staan. Maar wat men ook over moslims mag beweren, Islam is en blijft een levenbrengende en actuele boodschap die de mens met het Absolute verbindt. Het is een godsdienst waar de aanroeping van de naam van de Allerhoogste en de overdracht van meester naar leerling levend zijn gebleven. We hebben het niet over de Ingewijde of de Gerealiseerde mensen uit het verleden, maar over het heden, want ze leven onder ons en geven ons het voorbeeld. Niet verwarren dus: er zijn moslims, en er is Islam. Ik ben ervan overtuigd dat de oorspronkelijke islamitische boodschap altijd levend zal blijven, ook al hebben de moslims van vandaag er zich van verwijderd. En het is dringend dat ze ernaar terugkeren! Als moslim spreek ik hier met kennis van zaken.
De oorsprong van de tasawwoef
Laten we nu even terugkomen op het woord tasawwoef dat de juiste Arabische term is voor soefisme. De oorsprong van die overlevering gaat terug tot de prille mensheid. Als we aan grote meesters die vraag stellen bevestigen ze zonder uitzondering dat tasawwoef samen met de mens geboren is. Van zodra de mens bewust werd van zijn band met het Absolute, is hij op zoek getrokken naar de Waarheid. Voor de komst van de profeet Mohammed (v.z.m.h.) werden de soefivoorlopers hoenafâ genoemd; ze werden zelfs herhaaldelijk in de Koran vermeld: « Hun werd slechts bevolen God te dienen en daarbij als aanhangers van het zuivere geloof de godsdienst geheel aan Hem te wijden en de salaat te verrichten en de zakaat de geven. Dat is de juiste godsdienst. » (soera 98, vers 5). Dat is het geval voor Abraham (v.z.m.h.), die in het Boek wordt vermeld als een hanîf, een rechtzinnige. Hiermee is het bewijs geleverd dat die personen al bestonden voor de islamitische openbaring.
Er bestaan verschillende versies over het ontstaan van de tasawwoef. Sommige versies aarzelen niet om te zeggen dat het soefisme geen wortels heeft in Islam. Andere leggen een verband met de Indo-Europese beschaving... Het is inderdaad zo dat de mens altijd naar God heeft verlangd en bij het lezen van de Koran kan men gemakkelijk aannemen dat het soefisme ook op andere manieren tot uiting is gekomen. Maar met de komst van Islam heeft het zich verenigd met de mohammedaanse openbaring in diens exoterisch en esoterisch aspect.
Bij de aanvang van Islam omvatte de openbaring aan Mohammed (v.z.m.h.) twee boodschappen. De eerste was bestemd voor de gewone sterveling, de tweede, een veel fijnere en esoterische vorm, voor de vertrouwelingen. Dat was de reden waarom de Profeet (v.z.m.h.), alvorens die esoterische leer te verstrekken, aan zijn gezellen de vraag stelde: « Is er onder jullie een vreemdeling? »
In werkelijkheid heeft de soefi dezelfde plichten als de andere moslims. Maar naast dat verplichtende karakter van zijn godsdienst is de soefi degene die op zoek trekt naar God want zijn dorst naar Hem is niet te blussen! Hij zal dan een pad begaan dat reeds werd afgebakend door de ervaring van de meesters die een duidelijke en heldere Weg hebben aangelegd waar liefde, nederigheid en broederlijkheid hun plaats hebben. Tasawwoef is de parel van Islam! Met de tijd mee werd die Weg een gedachtenis die levend en authentiek werd gehouden doorheen de opeenvolgende meesters. Als de moslimwereld door een ernstige crisis heengaat, dan gaat hij per slot van rekening altijd bij die meesters te rade. Hun aanwezigheid biedt de zekerheid van een terugkeer naar de bron, van stabiliteit en openheid. Op welk tijdstip we ons ook mogen bevinden, elke meester brengt het wezenlijke van de profetische boodschap weer tot leven. « Bij de aanvang van elke eeuw zendt God een man die uw godsdienst weer leven inblaast » (hadîth).
Uit 'Soefisme, Hart van de Islam.' , Sjeikh Khaled Bentounes: Altamira Brecht
Afbeelding van soefiheilige Rabia al-Adawiya.
|